Met God is alles mogelijk
[printfriendly]
Samenvatting
Met God is alles mogelijk. Het doet ons snel een beetje denken aan het welvaartsevangelie. Met Jezus zal ik succes hebben, dan zal het allemaal goed gaan, ik zal gezond zijn, ik zal allemaal krijgen wat ik wil, welvaart, succes, erkenning, gerechtigheid, gelijk.
Maar we zijn altijd een beetje sceptisch tegenover optimisme. We geloven het niet zo snel. We kiezen vaak realisme boven hoop. Maar in hoop te geloven is juist vaak dingen geloven die onwerkelijk lijken. Maar we mogen het echt geloven. Met God is alles mogelijk: Genezing, herstel, bevrijding, hereniging en verbinding. Maar vaak is dan de teleurstelling groot als het niet zo uitpakt als bedacht. Het gaat van ‘Bij God is alles mogelijk’ naar ‘Hoe is het mogelijk?’
Maar als je op een punt bent aangekomen van teleurstelling en twijfel en je wilt opgeven dan heb je nooit echt geloofd dat met God alles mogelijk is. Hier is wat je dan vooral hebt geloofd: Je hebt voornamelijk geloofd dat met God alles mogelijk is om op te lossen wat jij graag opgelost wilt zien. Het is vaak iets waarvan wij hopen dat het goed zal worden, zal verbeteren. We geloven het (alles is mogelijk) dus eigenlijk alleen maar in verband met goede uitkomsten. Maar goede uitkomsten zijn niet alles. Want als je gelooft dat alles mogelijk is, dan is het ook mogelijk dat het misschien niet gebeurt. Als ik dus niet kan geloven dat alles mogelijk is in het leven met God dan zal ik op een gegeven moment teleurgesteld en twijfelend opgeven.
In alles wat wij doen in het leven en alles waar we doorheen gaan zijn we op zoek naar het goede en het blijvende. En dat is ook precies waar Jezus op reageert in het gesprek met de rijke jonge man. Hij vroeg dus: “Meester, wat voor goeds moet ik doen om het eeuwige leven te verwerven?” En Jezus antwoorde: “Waarom vraag je me naar het goede? Er is er maar één die goed is.”
Deze drie zinnen zijn echt fascinerend want ze omschrijven de geloofsontwikkeling van elke christen als deze groeiend is. Het begint met ‘wat moet ik doen’? We moeten vooral iets. Ergens moeten we niets meer van die wetten en regels hebben waar we van alles moeten. De ironie is dat we vervolgens nu moeten liefhebben. Dat is dan de calvinistische liefde. Dan de volgende fase: Waarom vraag je naar het goede? Uiteindelijk wordt liefde zo’n algemene term voor alles. Alles is liefde. Laat de liefde maar heersen. Maar wat is dat dan? Want als liefde niet afkomstig is van een persoon dan blijft het maar een zweverig en onbeduidend concept. En dan fase drie: Er is maar één die goed is. Het ging altijd en gaat altijd om een persoon en dat is Jezus! Er is maar één die goed is en Hij is goed voor altijd.
Met Jezus kun je geen problemen vermijden maar wel doorstaan. Met Jezus zal je de storm niet kunnen ontwijken maar wel er doorheen komen. Met Jezus zal je de duisternis niet kunnen ontlopen maar Hij zal een lamp voor je voet zijn. Met Jezus zal je de beproevingen van het leven niet kunnen ontwijken maar Hij zal je advocaat en pleitbezorger zijn. Met Jezus zijn de dingen in ons leven die onmogelijk lijken mogelijk om te doorstaan en te verdragen. En als we dát begrijpen dan is werkelijk alles mogelijk. “Alle dingen kan ik aan door Christus, Die mij kracht geeft” (Filippenzen 4:12-13).
Vragen
- In hoop te geloven is juist vaak dingen geloven die onwerkelijk lijken. Ben je iemand die vaker kiest voor realisme dan voor hoop? Wat is de reden dat je deze keuze nu vaker lijkt te maken?
- Herken je de gedachte dat we selectief omgaan met geloven dat alles mogelijk is met God? Heb je hierdoor misschien ook teleurstelling ervaren? Deel met elkaar.
- Wat betekent het voor jou om de groei mee te maken van het goede moeten krijgen naar de Goede willen kennen? Hoe geef je je relatie met Jezus vorm?
- Als je de drie fasen bekijkt omschreven in bovenstaande verhaal waar zou je jezelf dan plaatsen van hoe je liefde beleeft en uitleeft: (1) Als iets dat moet, (2) als een abstract concept, of (3) als een persoon?