•••

Ik ben goed in gymnastiek, dat is wat ik vroeger dacht. Ach, ik merkte natuurlijk wel dat ik op school als één van de laatste gekozen werd bij het samenstellen van teams tijdens het sporten. En ook hoorde ik mijn moeder tegen tantes fluisteren dat ik een houten klaas was, maar ik geloofde het niet. Mijn zelfvertrouwen was zeer groot, totdat…

Totdat mij de maat werd gemeten, totdat de lat werd gelegd. Met hoogspringen werd de lat eerst laag gelegd. Daar ging ik nog wel soepeltjes overheen. Maar de lat kwam steeds een beetje hoger te liggen en dan was het moment daar dat ik aan de kant lijdzaam moest toezien hoe andere kinderen het nog wel haalden. Mijn zelfbeeld was een illusie geweest.

Ik ben een goed mens, dat is wat veel mensen van zichzelf vinden. Immers er zijn veel slechtere mensen. Maar ik pleeg geen diefstal, ik moord niet, ik sla niemand in elkaar en ik heb geen strafblad, zo is de opinie. Echter, zij hebben voor zichzelf de hoogte van de lat bepaald. En die is niet indrukwekkend hoog. Ons zelfbeeld en zelfvertrouwen is daarmee ook vele malen groter dan de realiteit. We kijken ook naar de ander vanuit ons eigen perspectief en zo vinden we de één een goed mens en de ander een slecht mens. Bovendien denken wij vaak dat God een zelfde maat heeft. Maar: God heeft zijn maat aan ons kenbaar gemaakt.

Want als je je aan de hele wet houdt, maar één ding van de wet niet doet, ben je net zo schuldig als iemand die zich helemaal niet aan de wet van God houdt. (Jak. 2: 10)

Huh? Dat is hoog, dat is onmenselijk hoog. Niet één foutje? Geen mens kan deze sprong maken. Toch wel, één mens heeft deze sprong gehaald: Jezus. En toen Hij dit deed heeft Hij ons allemaal meegenomen. God plaatste de mensheid in zijn zoon. Als wij worden opgeroepen in Hem te blijven, betekent dat, dat we niet in hem hoeven te komen, dat zijn we al. God heeft ons zelf in zijn Zoon geplaatst. In hem blijven betekent eenvoudigweg niet geloven dat je niet in hem bent.

Ik ben nog steeds een houten klaas en ja, de lat ligt hoog, onbereikbaar hoog. Maar met mijn God spring ik over een muur.