Samenvatting

In deze preek wordt het thema “Leren bidden voor elkaar” behandeld als vervolg op de serie Leer ons bidden…. Eerder ging het over de relatie tussen gebed en onze relatie met God, over vragen en overgave, en over de pijn van onbeantwoorde gebeden. Deze keer staat het gebed voor elkaar centraal, zoals Paulus oproept in Efeze 6:18: “Bid voortdurend voor alle heiligen.” Daarmee bedoelt hij: bid voor alle medegelovigen – de mensen om je heen, in de kerk, in je leven. En voortdurend kan vertaald worden met ‘bij elke gelegenheid die zich voordoet’.

Paulus schrijft dit in het kader van de geestelijke wapenrusting, waarmee gelovigen weerstand kunnen bieden aan het kwaad. Gebed is daarbij niet een losse toevoeging, maar de manier waarop die geestelijke uitrusting gebruikt wordt. Gebed is de plek waar strijd wordt gevoerd én gewonnen, soms strijdend tegen kwaad of lijden, soms troostend en dragend. Bidden voor elkaar is niet optioneel of “extra vroom”, maar een daad van liefde.

Galaten 6:2 zegt: “Draag elkaars lasten, en vervul zo de wet van Christus.” Voor elkaar bidden is een manier van meedragen, ook als je de pijn van de ander niet volledig kunt voelen. Het geeft mensen vaak rust, kracht en hoop als ze weten dat er voor hen gebeden wordt – zeker ook in tijden dat ze zelf geen woorden meer hebben. Het verbindt met elkaar en met God.

Bidden voor elkaar betekent eerst en vooral: ruimte maken voor Gods aanwezigheid in de situatie van ander. Niet altijd om iets opgelost te krijgen, maar om samen God te ontmoeten. En zo te leren leven in vrede en afhankelijkheid van God.

Jezus zelf geeft het voorbeeld in Johannes 17: Hij bidt voor al Zijn volgelingen. Als wij voor anderen bidden, gaan we meer op Hem lijken. De oproep is daarom om hierin te groeien: bid niet alleen op zondag, maar “bij elke gelegenheid.” Een praktische structuur van vijf stappen kan daarbij helpen:

1. Bid dichtbij – voor je naasten.
2. Bid breder – voor je gemeente en omgeving.
3. Bid voor jezelf – ook dat mag.
4. Bid om leiding – wees beschikbaar voor Gods werk.
5. Wees stil – om Gods stem te horen.

De preek sluit af met een oproep om te durven vragen om gebed en tegelijk ook zelf initiatief te nemen om voor anderen te bidden. Zo leren we bidden voor elkaar – door het gewoon te doen.

Gespreksvragen:

1. Wanneer heb jij ervaren dat er voor jou gebeden werd – en wat deed dat met je?
2. Voor wie zou jij deze week bewust kunnen bidden, en wat zou dat voor hen (of voor jou) kunnen betekenen?
3. Welke stap uit het vijfstappenplan spreekt jou het meest aan – en waarom?