Samenvatting

HET KOMT GOED ****mijn ziel | Samenvatting

Ds. Dennis Mohn

25 december 2025

In de adventstijd hebben we het grote verhaal van God gevolgd dat door de hele Bijbel heen klinkt: Het komt goed. Niet als goedkoop optimisme, maar als een diepe werkelijkheid die zichtbaar wordt in mensen die vertrouwen en meebewegen met wat God aan het doen is. We ontdekten dat mensen gemaakt zijn om samen met God de toekomst te creëren, dat die beweging ons niet alleen troost maar ook omkeert naar hoop, en dat God ons uitnodigt om ruimte te maken in ons hart zodat misvormde verlangens kunnen genezen.

In dat spanningsveld van verlangen en beweging klinkt midden in de nacht van Lucas 2 een lied dat alles samenvat: Eer aan God in de hoogste hemel en vrede op aarde voor de mensen die Hij liefheeft. Maar wat bedoelen de engelen eigenlijk met vrede?

Vaak verstaan wij vrede als iets selectiefs: vrede voor mijn kant, voor wie gelijk heeft. Soms zien we vrede als een gevoel: zolang ik me rustig voel, is er vrede. Of als overeenstemming: zolang we het eens zijn. Of als overwinning: als mijn kant wint. Of als zelfbescherming: conflict vermijden om de rust te bewaren. In al die gevallen blijkt vrede kwetsbaar, voorwaardelijk en tijdelijk. Wat we dan eigenlijk zoeken, is harmonie.

Harmonie is aantrekkelijk, maar oppervlakkig. Ze ontstaat vaak door verschillen glad te strijken, spanningen te vermijden en pijn niet te benoemen. De engelen zingen echter niet over harmonie, maar over vrede. En die vrede staat niet los van God: Eer aan God en vrede op aarde horen onlosmakelijk bij elkaar. Vrede is geen menselijk project, maar een werkelijkheid die ontstaat waar Gods aanwezigheid wordt ontvangen.

Dat wordt zichtbaar in Maria. Terwijl anderen zich verwonderen of praten, bewaart zij deze woorden in haar hart. Zij koestert het mysterie, zonder het glad te strijken. Daarmee wordt ze een spiegel voor wat vrede werkelijk is: niet alles begrijpen, maar God binnenlaten.

Die lijn loopt door naar Pasen. Wanneer de opgestane Jezus verschijnt aan zijn bange discipelen, zegt Hij: Vrede zij met jullie. Niet omdat de angst weg is, maar midden in de angst. Vervolgens blaast Hij over hen en zegt: Ontvang de Heilige Geest. Jezus spreekt niet alleen vrede uit, Hij gééft vrede. Hij geeft Zichzelf.

Daarmee wordt alles helder: vrede is niet de afwezigheid van strijd, onrust of spanning, maar de aanwezigheid van iemand. Vrede is een persoon. Jezus Christus, de Vredevorst, woont door zijn Geest in mensen. Dat is het hart van Gods ‘het komt goed’-verhaal: God kwam van daar naar hier. Vrede is nu op aarde.

Vanuit dat perspectief krijgt ook Jezus’ uitspraak over vredestichters een nieuwe betekenis. Vrede stichten is niet harmonie organiseren, maar vrede dragen. Het gaat niet om wat wij voor elkaar krijgen, maar om wie in ons leeft. We kunnen geen vrede uitdelen die we niet eerst ontvangen hebben.

Dat maakt het tegelijk hoopvol en eerlijk. Want wij schieten vaak tekort: we blijven kanten kiezen, wrok vasthouden, ons zorgen maken. Maar wat ons niet altijd lukt, kan Jezus door zijn Geest in ons wel doen. Waar Hij ruimte krijgt, wordt de vrede die alle verstand te boven gaat werkelijkheid — in het centrum van ons bestaan, in onze ziel.

Daarom zingen we het steeds weer: De vrede van God zij met jou. Niet als wens voor een week zonder spanning, maar als belofte dat Jezus met je is. Vrede op aarde. Het komt goed.

 

Gespreksvragen:

  1. Welke vormen van “vrede” herken jij in je eigen leven (gevoel, gelijk krijgen, harmonie, conflict vermijden), en wat merk je aan de kwetsbaarheid daarvan?

  2. Wat betekent het voor jou persoonlijk om vrede niet te zien als iets wat je moet bereiken, maar als iemand die in je wil wonen?

  3. Op welke plek in jouw leven zou het helpen om minder te vertrouwen op wat jij kunt regelen, en meer ruimte te maken voor Jezus om zijn vrede door jou heen te laten werken?